HTD Gunnebo

Algemeen: 11 Informatie over veilig gebruik en onderhoud Dit gedeelte geeft advies en beantwoordt de meest gestelde vragen omtrent het hijsen, teneinde een veilig en juist gebruik van het hijs- gereedschap zeker te stellen. Neem voor advies over specifieke hijsproblemen contact op met uw Gunnebo Industries leverancier. Om de veiligheid van de gebruiker te garanderen is het van uiterst belang dat deze bekend is met onderstaande informatie. Deze is afkomstig uit de machine richtlijnen 2006/42/EC. Wij adviseren u deze informatie ook aan iedere gebruiker door te geven. Oppervlaktebehandeling Attentie! Zonder expliciete toestemming van Gunnebo is elektroly- tisch of thermisch verzinken niet toegestaan. Asymmetrische belastingen Voor asymmetrisch belaste kettingsamenstellingen, bevelen wij aan de veilige werkbelasting als volgt te bepalen: • Bij 2-sprongen de samenstelling te berekenen als de correspon- derende enkelpart ketting. • Bij 3-en 4-sprongen tevens de samenstelling berekenen als de corresponderende enkelpart ketting. Indien men er absoluut zeker van is dat 2 poten het merendeel van de last dragen, kan de veilige werkbelasting van de corresponde- rende tweesprong genomen worden. Agressieve omgevingen • Grade 8, 8+ en Grade 10 ketting en componenten mogen nooit in contact komen met chemische stoffen, zoals zuren en basen. • Het kettingwerk dient regelmatig grondig te worden geïnspec- teerd indien het wordt ingezet in een abrassieve en/of corrosieve omgeving. • In geval van twijfel raadpleeg uw Gunnebo dealer. Algemeen advies • Controleer of de samenstelling precies is zoals besteld. • Controleer of het meegeleverde certificaat in orde is. • Controleer of de identificatie en de volledige werkbelasting op het typeplaatje van de samenstelling overeenkomen met de informatie op het certificaat. De volgende informatie op het typeplaatje is verplicht: WLL, aantal kettinglengen, nominale ket- tingdiameter, certificaatnummer, fabrikant, CE-teken en datum. • Controleer of de volledige informatie van de kettingsamenstel- lingen is vastgelegd. • Draag er zorg voor dat de medewerkers die Gunnebo ketting- samenstellingen gebruiken, de juiste instructies en training hebben ontvangen. Bescherm uzelf en anderen Voor het hijsen dient de samenstelling te worden gecontroleerd op beschadigingen en/of vervormingen. • Controleer of het gewicht van de te hijsen last overeenkomt met de WLL vermeld op het typeplaatje voor de specifieke configura- tie van de kettingsamenstelling. • Gebruik nooit een samenstelling zonder een leesbaar, geldig typeplaatje. • Zorg ervoor dat de last veilig neergezet kan worden. • Overbelast een samenstelling nooit en voorkom schokbelasting. • Gebruik nooit een onjuist geconfigureerde kettingsamenstelling. • Gebruik nooit een versleten of beschadigde kettingsamenstel- ling. • Ga nooit op de last zitten tijdens het hijsen. • Ga nooit onder een last staan. • Houd er rekening mee dat de last kan slingeren of draaien. • Pas op voor beklemming van ledematen tijdens het hijsen en neerzetten van de last. Intensief gebruik Hieronder wordt veelal dezelfde beweging tegen de maximale WLL van de kettingsamenstelling verstaan, in een industriële omgeving bijvoorbeeld. In dit geval raden wij aan de samensteling na 20.000 hijsbewegingen preventief te vervangen. In geval van circa 60 hijs- bewegingen per dag (bij vollast), betekent dit het jaarlijks vervan- gen van de samenstelling. Neem indien mogelijk een zwaardere afmeting. Het aanslaan van de last Een kettingsamenstelling wordt normaliter aan de lading en aan de kraan bevestigd door middel van componenten zoals haken en schalmen. Er mogen geen slagen of knopen in de ketting zitten. Het hijspunt moet in de kom van de haak passen, nooit op de punt of vastgeklemd in de opening; de haak dient in iedere richting vrij te kunnen bewegen om verbuiging te voorkomen. Dit geldt ook voor de topschalm in de kraanhaak. De ketting mag onderlangs, of door de lading heen gehaald worden om een rijgketting te vormen of in broek hijsen. Wanneer een leng gebruikt wordt als rijgketting, dient de ketting in de gelegenheid te zijn om de natuurlijke hoek aan te nemen en niet naar beneden gehamerd te worden. Waarschuwing! Wanneer een kettingleng als rijgketting wordt gebruikt mag de veilige werk- belasting niet meer dan 80% van de originele veilige werkbelasting bedragen. Extreme temperaturen Indien de ketting (Grade 8+) en componenten (Grade 10) worden toegepast in een omgeving waar extreem hoge temperaturen heersen, dient de veilige werkbelasting als volgt te worden gereduceerd: De oorspronkelijke sterkte komt weer terug bij normale temperatuur. Het gebruik van hoogwaardige ketting boven de 400°C en onder de -40°C is niet toegestaan. Let op! Voor de ketting Grade 10 geldt een gebruikstemperatuur van maximaal 200°C. Temperatuur (°C) Reductie van de veilige werkbelasting Grade 8+ ketting (400) Grade 10 ketting (200) Grade 8 componenten Grade 10 componenten -40 tot 200 Geen 0% 0% 0% +200 tot 300 10% niet toegestaan 10% 10% +300 tot 400 25% niet toegestaan 25% 25%

RkJQdWJsaXNoZXIy MjY3MTk=